Toespraak voor het Angelusgebed op zondag 16 maart 2003
De Amerikaanse president Bush, premier Blair van Groot Britannie en premier Aznar van Spanje komen zondagmiddag 16 maart op de Azoren bijeen om de situatie rond Irak te bespreken en te bekijken of een tweede Verklaring in de Veiligheidsraad voorgesteld zal worden. Algemeen is het gevoelen dat een oorlog naderbij is, met of zonder toestemming van de VN. De Paus, net teruggekeerd van de Vastenmeditaties, haakt in op dit belangrijke moment en zet al zijn morele kracht in om een oorlog te voorkomen.

1. Gisteren zijn hier, in het pauselijk paleis van het Vaticaan, de Geestelijke Oefeningen afgesloten. Het zijn dagen geweest van intense aandacht en luisteren naar het Woord van God.

De meditaties die werden voorgesteld hadden als thema de centrale waarheid van het christelijk geloof: "God is Liefde". In de stilte van het gebed hebben we dit Goede Nieuws, waar de wereld altijd behoefte aan heeft, langdurig kunnen beschouwen. Tegenover de mensheid die getekend is door ernstige verstoringen van het evenwicht en tegenover zoveel geweld, moeten we het vertrouwen niet verliezen: op deze wereld schijnt, trouw en barmhartig, de Liefde van God, die zich in zijn volheid laat zien op het gelaat van Christus. 2. Alleen Christus kan de harten vernieuwen en opnieuw hoop geven aan de volkeren. De liturgie van vandaag, die de geheimnisvolle gebeurtenis van de Gedaanteverandering presenteert, doet ons de kracht van zijn licht ervaren, die de duisternis van de twijfel en het kwaad overwint.

In dat gelovig perspectief, wil ik opnieuw een dringende oproep doen om de inspanningen van gebed en de boetedoening te vermenigvuldigen, om van Christus de gave van zijn vrede aan te roepen. Zonder de bekering van het hart is er geen vrede.

De komende dagen zullen beslissend zijn voor de uitkomsten van de Iraakse crisis. Laten we daarom bidden dat de Heer aan alle betrokken partijen moed en een vooruitziende blik geeft.

Zeker, de politieke verantwoordelijken van Bagdad hebben de urgente plicht om volledig mee te werken met de internationale gemeenschap, om elk motief voor een gewapende interventie weg te nemen. Aan hen richt zich mijn dringende oproep: het lot van hun inwoners moet altijd de prioriteit hebben!

Maar ik wil ook de lidstaten van de Verenigde Naties, en in het bijzonder hen die de Veiligheidsraad vormen, eraan herinneren dat het gebruik van geweld de uiterste toevlucht is, nadat alle andere vredelievende oplossingen zijn uitgeput, volgens de welbekende principes van het charter van de VN.

Daarom - tegenover de verschrikkelijke consequenties die een internationale militaire operatie zou hebben voor de bevolking van Irak en voor het evenwicht van de hele regio van het Midden Oosten, die al zo beproefd is, en ook vanwege het extremisme dat eruit zou kunnen volgen - zeg ik tot allen: er is nog tijd om te onderhandelen; er is nog steeds ruimte voor de vrede; het is nooit te laat om elkaar te begrijpen en om door te gaan met overleggen.

Nadenken over de eigen plichten, zich inspannen voor daadkrachtige onderhandelingen betekent niet zichzelf vernederen, maar met verantwoordelijkheid werken voor de vrede.

Verder zijn wij christenen ervan overtuigd dat de authentieke en duurzame vrede niet allen de vrucht is van de eveneens noodzakelijke politieke overeenkomsten en verdragen tussen individuen en volken, maar gave Gods is aan wie zich onderwerpen aan Hem en met nederigheid en dankbaarheid het licht van zijn Liefde aanvaarden.

Ik behoor tot die generatie die zich de Tweede Wereldoorlog herinnert, die hem heeft meegemaakt en -God zij dank- overleefd. En daarom heb ik de plicht om alle jongeren, hen die jonger zijn dan ik, die niet die ervaring hebben gehad, in herinnering te brengen en te zeggen: "Nooit meer oorlog!", zoals Paulus VI zei bij zijn eerste bezoek aan de Verenigde Naties.

We moeten alles doen wat mogelijk is!. We weten goed dat we niet een vrede tot elke prijs kunnen vragen. Maar we weten allemaal hoe groot, hoe enorm groot de verantwoordelijkheid is. En daarom: gebed en boetedoening!

3. Laten wij vol vertrouwen voortgaan, geliefde Broeders en Zusters, op de weg van de veertigdagentijd. De allerheiligste Maria moge verkrijgen dat deze Veertigdagentijd niet herinnerd zal worden als een trieste tijd van oorlog, maar als een periode van moedige inspanning voor de bekering en de vrede. Laten we deze intentie toevertrouwen aan de bijzondere voorspraak van de Heilige Jozef, wiens hoogfeest wij deze komende woensdag vieren.

Terug

 
Samenstelling, vertaling  en bewerking: © 2001-2003, Stichting InterKerk, Poeldijk
Bron: www.rknieuws.net  
2003031601.htm